The need to develop, support and sustain pedagogical models for practice-led PhDs in the arts, and in particular the performing arts, has never been greater. Although the claim to establish a full education cycle in art academies has been addressed on the highest political level, the lack of infrastructure and pedagogy has become an urgent problem for the professional field, as well as for the future of the art school. Developing its pilot structure into a significant sustainable program, this DAS Graduate School initiative aims to bridge the gap between master and 3rd cycle education in 2018-2020. THIRD is an experimental ‘schakelprogramma’ designed as a two-year trajectory for small-scale learning cohorts of seven fellows. A unique facilitating model, THIRD prepares theatre and dance artists for 3rd cycle research opportunities through the processes of refining their individual artistic research proposals, sharpening their national and/or international aspirations, and defining their funding possibilities. THIRD will innovate upon its pilot initiative in three distinct vectors: 1) Extending the current pilot program with the addition of a second cohort and Summer Residency Academy, 2) Articulating THIRD’s formal approach to training through the development of qualitative supervisory and peer exchange methods, 3) Evaluating THIRD’s program and pedagogy, and disseminating the results to diverse publics. The goal of these innovations is to generate and formalize several explicit ‘best practice’ outcomes. In THIRD’s effort to prepare professionals for 3rd cycle/PhD research, these deliverables will be applicable in a variety of educational contexts important to the teaching community.

In 2018 vinden Artisteducator in Theater & Media van ArtEZ (Zwolle) en Theaterdocent Verkort (Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten) elkaar om een digitale leeromgeving te ontwikkelen passend bij hun onderwijsvisie en de actualiteit van een netwerk-samenleving. Een samenleving waar studenten toegang hebben tot een overvloed aan informatie en docenten facilitators van leerprocessen zijn. Ondanks interne druk om gebruikelijke DLO’s in te zetten, gaan beide opleidingen samenwerken met Leerpodium, aanbieder van digitale leeromgevingen die werkt met open source technologie. Met als doel een open netwerkgemeenschap te ontwikkelen die niet markt gestuurd is maar als publieke ruimte fungeert. Een groot aantal opleidingen van de AHK én ArtEZ breed sluit zich aan. Een divers faculteit- en hogeschool-overstijgend onderwijsteam zet zich collegiaal en met veel energie in. Het leidt tot democratische onderwijsgemeenschappen, waar alle deelnemers directe invloed op ontwikkelingen hebben en waar collegiale en hogeschool-overstijgende uitwisseling op het gebied van onderwijsontwikkeling plaatsvindt. Een toekomstige ambitie is het delen van bronnen en uitbreiding met alumni, zodat de opleidingen nog meer verbonden zijn met de praktijk. De impact op ons onderwijs is groot. Het bewerkstelligt noodzakelijke transities van centraal naar decentraal, van project- naar proces-denken, van aanbod gestuurd naar vraag gestuurd, van hiërarchie naar gemeenschap, van leren, maken, delen binnen een netwerkgemeenschap. Deze transformatie is evidence-informed door informeel bottom-up contact en formele overlegstructuren. Tevens baseren wij ons op onderzoek over de transformatie die zowel binnen de maatschappij als binnen het onderwijs plaatsvindt, zoals onderzoek naar de publieke functie van onderwijs en digitale mogelijkheden die dit ondersteunen.

In ‘Verbeelding in Transities’ werken negen onderzoeksgroepen van de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten, de Gerrit Rietveld Academie, Hogeschool Inholland en de Hogeschool van Amsterdam samen als SPRONG-groep. Ze ontwikkelen in acht jaar met maatschappelijke partners een landelijk kenniscentrum voor creatieve innovatie en maatschappelijk verdienvermogen. De vier hogescholen zijn verenigd in het Centre of Expertise for Creative Innovation (CoECI). Als kennisinstellingen in de culturele en creatieve sector (CCS) ontwikkelen zij het maatschappelijk verdienvermogen van de professionals die zij opleiden. Juist in deze tijd van toenemende onzekerheid, ongelijkheid en maatschappelijke veranderingen is het wegvallen van activiteiten in deze sector een grote zorg. 1 De onderzoeksgroepen beschikken over een beproefde infrastructuur voor duurzame samenwerking. Er is al ervaring opgedaan in het werken in labs en het uitwisselen van kennis. Middels SPRONG werken we aan de doorontwikkeling van de onderzoeksinfrastructuur die de ontwikkeling van discipline- en domeinoverstijgende kennis mogelijk maakt, bestaande uit: 1. Een observatorium om creatieve methodieken - Key Enabling Methodologies, KEMs2 - in kaart te brengen, te ontsluiten en door te ontwikkelen vanuit culturele, etnologische en technologische onderzoeksbenaderingen, zodat ze breed inzetbaar worden; 2. Verbeeldingswerkplaatsen waar de KEMs en het maatschappelijk verdienvermogen van de CCS getoetst worden bij praktijkvragen uit het sociale domein; 3. Interventieonderzoek om de werking van de inzet van deze KEMs bij maatschappelijke transitievraagstukken inzichtelijker en beter toepasbaar te maken. De eerste vier jaar ligt de focus op de wijze waarop KEMs die verbeeldingskracht en vindingrijkheid stimuleren en bijdragen aan inclusieve participatie in maatschappelijke transitieopgaven. De investering in de kennisinfrastructuur draagt bij aan een transformatie van de onderzoeksgroepen naar een krachtige SPRONG-groep die verweven is met maatschappelijke contexten, lokaal geworteld in een robuust partnernetwerk. In de tweede vier jaar wordt de infrastructuur uitgebreid en op grotere schaal ingezet t.b.v. actuele maatschappelijke transitieopgaven.

Dit lectorenplatform richt zich op vakoverstijgend onderwijs op het snijvlak van kunst, wetenschap en technologie: ArtsSciences onderwijs. Het doel van het platform is dat leerlingen en studenten vanuit verschillende kennisdomeinen gestimuleerd worden om samen op zoek te gaan naar nieuwe manieren van leren en het oplossen van problemen. Om dit doel te bereiken zet het platform in op het actualiseren van leerinhouden van kunst- en bètavakken en hoe ze elkaar in onderlinge interactie kunnen versterken: van funderend tot beroepsonderwijs. Met de platformregeling II wil het platform (1) het bestaande netwerk uitbreiden om meer kritische massa te genereren voor het opzetten van activiteiten en het doen van onderzoeksaanvragen en (2) de onderzoeksagenda doorontwikkelen, om nader aan te sluiten bij de strategische onderzoeksagenda voor het HBO (met name via de NWA) en om de brede implementatie van Arts Sciences onderwijs voor te bereiden. Het platform initieert onderzoek en activiteiten, zoals de participatie in- en initiëren van- interdisciplinaire onderzoeksinitiatieven, het ontwikkelen van voorbeelden voor de ArtsSciences lespraktijk, het adviseren bij de ontwikkeling van een blauwdruk voor een ArtsSciences minor en de organisatie van (inter)nationale ArtsSciences bijeenkomsten/symposia.

‘The bridge’ is an innovative and creative educational project aiming to reinforce the connections of our students with each other and our alumni, build a bridge to professionals from the fields of cinema and art, a gateway to academic researchers and finally an arc between artistic and academic knowledge. In a world in which all of us, all the time consume and produce images and sounds, the language of knowledge and education is still that of the written word. It’s against this backdrop that the Netherlands Film Academy set up its pioneering MA-programme ‘Artistic Research in and through Cinema’. The increasing quality of our students and the expanding complexity of their research projects, means that they’re in need of new possibilities to connect and collaborate. In line with the pedagogical philosophy of the programme, we’ll address these needs together with them, through - (A) the collaborative development, building and testing of a multifunctional user interface for collaboration, exchange, exposure and teaching - and (B) the development and piloting of postgraduate modules of artistic research in and through cinema for non-artistic academic disciplines Both the interface and the new postgraduate modules explore novel terrains. The interface’s participatory mode of development, multi-functionality and radical audio-visual form sets it apart from other educational interfaces, while the modules, developed and executed within the context of the Film Academy are similarly ground breaking. Together they will improve our programme, tackle the needs expressed by our students and confront the challenges lying ahead of us all.